Vrijdagavond, we vertrekken richting Vogezen. De wagen zit nokvol. We gaan een wandeling uit het boek “Les plus belles randonnées des Vosges” proberen, maar met de sneeuwval in de Vogzen zou het wel eens een alpine tocht kunnen worden. Maar we zijn op alles voorbereid: harnassen, touw, ijsbijlen, … alles wat in de koffer kan gaat mee.

Het is al donker als we in Epinal aankomen. We verlaten de expressweg en rijden de bossen in. Na veel bochten zien we in de verte Gérardmer liggen, het meer is prachtig onder deze sterrenhemel.

Na Gérardmer krijgt de weg echte bergpas allures en stijgen we naar Col de la Schlucht (1139m), waar nog heel wat sneeuw ligt. We parkeren de wagen op de parking tegenover Refuge des Trois Fours. Wel… tegenover is misschien een groot woord want je moet nog eerst 800m stappen over een verijsde weg om tot aan de berghut te geraken!

We doen de deuren open en de koude nachtlucht stroomt binnen; wat een verschil met Leuven, waar we enkele uren geleden vertrokken zijn. Het is bijna 11 uur en in de koude nacht stappen we tot aan de berghut. We hebben de slaapzal voor ons alleen. Nog een pintje om de kilometers door te spoelen en we kruipen in onze slaapzakken.

’s Ochtends regent het, maar dat houdt ons niet tegen. In het boek over de Vogezen hadden we de wandeling “Du col de la Schlucht au Tanet” opgemerkt. Zeer spectaculair en ons totaal onbekend. Deze wandeling is een beetje zoals “Le sentier des Roches” maar dan aan de andere kant van Col de la Schlucht (richting Le Tanet i.p.v. Le Hohneck).

We parkeren aan Col de la Schlucht. De wandeling begint met een korte klim tot boven op de crêtes, type “vals plat”, maar dan met een slecht karakter 😉 Is het nu de regen of dat pintje van gisterenavond maar we zijn toch allemaal blij als we boven aankomen.

De wandeling wordt al wat geaccidenteerder en we komen aan een eerste uitzichtpunt “Belvédère de Spitzenfels” aan. Uitzicht hebben we niet door de dichte mist, maar hoog is het in ieder geval! Daarna wordt de weg terug wat breder en stappen we richting “Hirschsteine par escalier”.

Gelukkig heeft ieder weggetje hier zijn eigen vorm- en kleurcode (blauw rechthoekje, rood vierkantje, gele driehoek, …), want hier raak je precies makkelijk je gevoel voor orientatie kwijt. Een kaart én een goeie omschrijving is dus onontbeerlijk.

Net voor de Hirschsteine binden we ons in op het touw. Er ligt nog een pak sneeuw, dat hier en daar ijs geworden is, we nemen dus beter geen risico’s.

Het bijzonder spectaculaire pad begint via een ingang door de rotsen. Naast ons gaapt een diepte om u tegen te zeggen. Gelukkig is het pad is beveiligd met een staalkabel. Na enkele tientallen meters draaien we weg van de afgrond en zien we de grote ladder van de indrukwekkende Hirschsteine kloof. Of is het een trap? In ieder geval is het een grote metalen constructie dat ons tot boven de kloof brengt.

Boven stappen we naar een picknickplek annex uitzichtpunt. We binden ons uit, want voor zover we er zicht op hebben, hebben we net het pittigste stukje gehad. Na de picknick stappen we richting Refuge de Schupferen, een herberg waar je eventjes kan uitrusten. We passeren nog eventjes een puinhelling (hier opletten, want je moet hier rechtdoor, en niet de zigzag naar Baerenbach nemen).

Na de herberg krijgt het pad wat meer langlauf allures en passeren we ook een skilift. We stappen wat rond op het – verlaten – skigebied en komen zo aan een boerderij-herberg Seestaedtle. Hier staat het meer Le Lac Vert aangeduid. Hoewel het niet op het traject staat besluiten we een omweggetje te maken tot aan het meer, wat ons een paar mooie foto’s oplevert.

Nu moeten we terug en de klim aanvangen tot aan Le Tanet (1292m). Of snijden we een hoekje af? We kiezen voor het laatste en beklimmen snel een stijle sneeuwwand met onze ijsbijlen. In no-time 100 hoogtemeters gewonnen en terug op track 😉

Opnieuw een steenhelling en dan een lange klim tot boven op Le Tanet. ’t Ja de +550 hoogtemeters van deze wandeling moeten toch ergens steken, niet? Boven aangekomen blazen we eventjes uit op de GR5 die het gebied hier volledig doorkruist. De volgende kilometers zouden snel moeten gaan: rechte lijnen op de kaart en weinig hoogteverschil. De eerste kilometer heeft opnieuw een hoog langlauf gehalte, maar daarna bereiken we de crêtes en wordt het landschap en de het pad spectaculairder. Hier vinden we zelfs een goed verscholen schuttersnest. Het landschap is soms rotsig en soms zeer drassig en veenachtig. Enkele kilometers verder komen we op Baerenbach uit. Nu is het niet ver niet meer… plus de mist trekt geleidelijk weg en we krijgen eindelijk wat uitzicht te zien! In de verte zien we zelfs Munster liggen. We stappen verder en komen op het hoogste punt van het “vals plat” van deze morgen. Toch een ferme afdaling; hebben we dit allemaal geklommen? Ons selectief geheugen doet ons vergeten dat we deze morgen tot wel eventjes naar adem moesten snakken na deze beklimming 😉

De laatste loodjes wegen het zwaarst, en met dit flauwe gezegde stappen we de laatste 800m tot aan de berghut. Een warme douche doet wonderen en al gauw shift onze focus van vermoeide voeten naar een hongerige maag. Opnieuw – aaaaaaargh – 800m tot aan de wagen en dan richting Gérardmer waar we een gastronomische vlees grillade meester maken.

De volgende ochtend staat de bekende “Le Sentier des Roches” op het menu. Maar de gids van onze refuge raadt dit ons ten stelligste af; de voorbije dagen hebben lawines de staalkabel beveiliging weggeslegen en heeft het pad volledig onbegaanbaar gemaakt. Op sommige plaatsen heb je maar een 10cm om te traverseren (met de nodige “gaz” onder je voeten – dat is afgrond voor de slechte verstaander 😉 ). Zelfs met crampons is het een gevaarlijke onderneming…

Dàt, en het feit dat een olijke snurker de hele nacht de slaapzal geëntertaind heeft, doet ons beslissen dat we het houden bij de super toeristische mini-uitstap naar de Hochneck (1363m). De zon is van de partij, de sneeuw is op vele plaatsen weg, dus zoeken we een rustig plekje om de verloren uurtjes nachtrust in te halen.

In de namiddag rijden we terug naar Leuven. De paar uurtjes op het topje van de Hohneck hebben voor een gezond kleurtje gezorgd. ’s Maandags vragen alle collega’s wat we nu weer uitgespookt hebben tijdens het weekend. “Ooh, gewoon de Hirschsteine gestapt in de sneeuw…”

Meer info:

Glénat Livres – Les plus belles randonnées des Vosges

Glénat Livres – Montagne-Randonnées