Wat is een softshell? En wat is een echte softshell? En waarvoor dienen ze? Waar moet ik op letten? Welke soorten softshells bestaan er? We stelden enkele criteria op en bekeken 10 modellen uit het gigantische aanbod van softshells voor zomer 2012.

Softshell?

In ons artikel Het lagen systeem herbekeken doen we alvast een poging om uit te leggen wat een softshell is.

De definitie van een softshell is al een artikel op zich. En geloof me vrij, de meeste fabrikanten geven hun eigen interpretatie aan wat een soft shell nu eigenlijk is. Vaak ook aan dingen die haaks staan tegenover wat een shoftshell zou moeten zijn. De softshell werd min of meer uitgevonden door Patagonia. Wel, de term softshell op zijn minst. Want minder bekende Britse bedrijven als Buffalo en Paramo gebruikten dit principe al sinds begin de jaren 80 om eerlijk te zijn.

Softshell is eigenlijk een mysterie. Of zo lijkt het toch als je de catalogussen er op naleest.

De bedoeling was eigenlijk om de midlayer (fleece) en de hardshell layer (jas) samen te vervangen door één laag, en die laag zou dan over de basislaag gedragen worden. In dit systeem is ademend vermogen belangrijker dan waterdichtheid. Dit betekent eigenlijk dat het niet waterdicht is, maar dat je ook niet nat zal worden wanneer het droog is van het zweten, terwijl je wel vochtig zou kunnen worden wanneer het regent, maar waarschijnlijk niet veel natter dan wanneer je een hardshell aanhad. Lees die laatste zin nog maar eens door…

Het fenomeen softshell verdient een eigen artikel, en dat krijgt het ook. Voorlopig definiëren we een softshell als volgt: een softshell is waterafstotend, voldoende winddicht en extreem ademend.

Waterafstotend, niet waterdicht. Er is een verschil! En net omdat het “maar” waterafstotend is kan het zo goed ademen. Een juiste softshell – en er zijn er veel foute – kan een oplossing zijn voor jouw kledingsysteem.

Onthou vooral dat de moeder van alle softshells werd uitgevonden door Buffalo in de jaren stillekes, en dat de naam pas veel later verzonnen werd door Patagonia. En dat waterafstotend niet waterdicht betekent. Met deze basis kunnen we verder.

Waarom enkel waterafstotend en niet waterdicht?

Waterafstotend betekent dat het lichte regen zal tegenhouden, gedurende een tijdje. Dat het goed tegen sneeuw zal kunnen. Dat je een korte regenbui zal overleven. Maar het is niet waterdicht zoals we een regenjas ervaren. Waarom zou je iets willen hebben dat niet volledig waterdicht is?

Het antwoord is zweet. In een klassieke regenjas met membraan zweet je. Ja het zweet kan een beetje weg langs de poriën, maar heus niet zoveel dat je droog aan de binnenkant blijft. De binnenkant wordt dus nat van je zweet. Niet van de regen. Jammer genoeg is nat nat…

Dat betekent ook dat je nat kan worden in je regenjas zonder dat het regent. Bergop stappen in een regenjas met een rugzak zal voor de nodige damp zorgen in je jas. Wat niet echt comfortabel is. En comfort, daar gaat het net om bij softshells.

Door niet voor waterdicht te gaan, en enkel voor waterafstotend, kan de softshell zeer goed ademenen. Je zweet wordt gewoon geabsorbeerd, getransporteerd en verdampt aan de buitenkant. Je blijft dus droog tijdens inspanningen, zoals bergop stappen met een rugzak. Regent het nu een klein beetje, dan zal de softshell daar wel mee overweg kunnen. De regen loopt ervan af, en als die toch een beetje nat wordt, zal die snel terug opdrogen.

Je kan dus kiezen: de hele tijd nat zijn van het zweet met een regenjas, ongeacht of het nu regent of niet, of, enkel een beetje nat zijn tijdens de regen met een softshell. De hele tijd nat of enkel nat als het regent zeg maar… Dat is waterdicht vs waterafstotend.

De echte softshell

Omdat softshell geen echt gedefinieerd woord is, kom je allerhande softshells tegen. De één al wat zinvoller dan de andere. En er zijn ook een hoop jassen die niets met softshell te maken hebben, maar toch de marketing term softshell krijgen.

We bekijken even wat een echte softshell moet hebben.

De bedoeling van een softshell is de regenjas te vervangen, in alle omstandigheden, behalve de ergste regen. Dan komt de regenjas wel uit de rugzak en trekken we die snel even aan tot het stopt met regenen, om daarna terug in de rugzak te verdwijnen.

Daarom moet een softshell een kap hebben, een capuchon. Anders kan je die niet aandoen als alternatief voor een regenjas, en zal je bij de minste regen toch nog voor de regenjas moeten gaan. Zonder kap loopt regen gewoon via je kraag naar binnen. Het moet dus een hoody model zijn.

De softshell moet extreem ademend zijn. Zodat zweet makkelijk naar buiten kan. Het moet zelfs air permeabel zijn, wat betekent dat een beetje lucht er van buiten naar binnen door kan, om te helpen met de verluchting. Dit betekent ook dat de softshell hooguit windwerend mag zijn, niet winddicht, want dat klein beetje wind zal veel doen voor je comfort binnenin de softshell! Zoals we al gezegd hebben moet hetwaterafstotend zijn, zonder waterdicht te zijn. Dit betekent geen gebruik van klassieke membranen, want die zijn waterdicht en winddicht. Omdat er geen membraan in zit kan een softshell ook stretch geweven zijn, wat het draagcomfort verhoogt.

En als laatste criteria mag een softshell eigenlijk geen isolatielaag zijn. De echte softshell moet je zowel in de zomer als in de winter kunnen dragen, met daaronder een aangepaste isolatielaag indien nodig. In de zomer draag je de softshell bovenop je basislaag, en vervangt het inderdaad de regenjas en fleece, in de winter zal er een dikkere basislaag of zelfs een tussenlaag nodig zijn. Een dunne softshell is dus praktischer en beter inzetbaar, dan een zware, dikke softshell, wat enkel goed zal zijn voor klassiek wintersport en hippe stadswandelingen.

Samengevat: ademend, stretch, windwerend, waterafstotend, met kap en zonder isolatie. Deze 6 eigenschappen zijn de basis voor een goeie softshell, en waren dan ook de eigenschappen van de eerste softshells.

Drie generaties softshell

Als we even de moeder van alle softshells negeren, Buffalo Systems, de oer softshell zeg maar. Dan kan je stellen dat er tot op heden 2012 min of meer drie generaties zijn. De merken zullen hier mogelijk niet mee akkoord gaan, maar wij zien het gemakshalve toch zo.

Eerst had je de stretch geweven (“stretch woven”) softshell uit polyester of nylon, zonder membraan, blinkend en niet pluizend, bedoeld om de fleece te vervangen en de regenjas extra lang in de rugzak te houden. De eerste generatie heeft nagenoeg alle eigenschappen waarnaar we op zoek zijn.

Met de ontwikkelingen in membranen allerhande, begonnen meer en meer merken een membraan in hun softshell te stoppen. Dit kwam er omdat niemand echt goed wist wat een softshell nu echt was, en vooral niet was. Klanten werden nat, terwijl ze hadden gehoopt op een waterdichte jas. Dat is een softshell niet. Dus stopten merken een membraantje in hun softshell. De waterdichtheid was meteen super. Alleen… het ademend vermogen, en nagenoeg alle andere criteria die we net zochten in een softshell verdwenen. De tweede generatie softshells was eigenlijk een technische regenjas geworden. Wat wellicht prima is voor bepaalde sporten, of onder bepaalde omstandigheden, maar minder interessant is voor intensieve sporten, zoals hiking, backpacking en alpinisme.

De derde generatie, de generatie die er nu zowat aan zit te komen, maakt nog steeds gebruik van membranen, maar die zijn lucht permeabel. Dat betekent dat frisse lucht van buiten naar binnen kan, door de stof, zonder dat regen naar binnen kan. Zweet kan voldoende afgevoerd worden, en de wind wordt bewust maar voor een gedeelte geblokkeerd. De ene merken staan al verder dan de andere op dit domein, en alles valt of staat met hoe goed het membraan is. Je zal meer zweten in een generatie drie jas dan in een generatie één. Maar het zal je betere bescherming tegen de regen bieden. Volgend jaar bekijken we hoe ver de markt staat in deze nieuwe generatie.

Nu is het goede nieuws dat alle drie de generaties naast elkaar bestaan, en dat we zelfs een bewuste terugkeer zien naar generatie één, de echte, originele softshell, met de 6 belangrijke criteria, waar comfort primeert op waterdichtheid.

De selectie

Op basis van deze zes kenmerken (ademend, stretch, windwerend, waterafstotend, kap en licht) gingen we op zoek naar 10 interessante modellen voor de Belgische hiker die op dit moment de markt zijn voor zomer 2012. Het resultaat is een zeer breed gamma van softshells, met duidelijk verschillende interpretaties van, en unieke visies op, wat een softshell moet zijn.

Jack Wolfskin Impulse Jacket
Mountain Hardwear Desna Jacket
The North Face Apex Elixir Hoodie
Vaude Badile Jacket
Patagonia Simple Guide Hoody
Haglöfs Boa Hood
Mammut Ultimate Hoody
Arc’teryx Epsilon SV Hoody
Rab Scimitar Jacket
Marmot Tempo Hoody

Gewicht

In het lijstje hierboven staan ze van licht naar zwaar. De lichtste weegt 402 gram, de zwaarste 636 gram, met een gemiddeld gewicht van ongeveer 500 gram in maat large. We moeten er meteen bijzeggen dat deJack Wolfskin toch wel heel hard op regenjas lijkt, vandaar zijn lage gewicht, en de Marmot in L eigenlijk de afmetingen van een ruime XL had, dus extra zwaar was in vergelijking met de andere softshells.

Prijs

De softshells starten bij 130 EUR voor de Patagonia en Marmot. De duurdere modellen van 200 EUR zijn dan de Jack Wolfskin – je hebt hier eigenlijk een regenjas wat de prijs omhoog stuwt- en de Arc’teryx, dat altijd in het premium prijs segment zit. Eén uitschieter hier: de Mammutaan 250 EUR dat gebruikt maakt van Gore Windstopper, en dat betaal je extra natuurlijk. Gemiddeld komen we uit op zo’n 170 EUR.

Polyester & Nylon

We merken een drietal categoriën op qua gebruikte stoffen: 100% polyester, 90% polyester of nylon met 10% elastaan, of een combinatie van nylon én polyester en elastaan.

Maar eerst eventjes een aantal basiszaken rond stoffen bijbrengen. We spreken hier over uitsluitend synthetische stoffen.

Polyester voelt aan als een vezel, en is het hoofdmateriaal in een klassieke fleece. Polyester is duurzaam en wordt gebruikt in bijvoorbeeld veiligheidsgordels. Het kreukelt niet en kan tegen vlekken. Bij hitte gaat het inkrimpen in plaats van te smelten.

Nylon, ook wel polyamide genoemd, is gladder, en lijkt een beetje op zijde. Daarom voelt het een beetje natuurlijker aan. Het kan goed tegen schuren, en zou langer meegaan. Nylon smelt wel met contact met vuur.

Polyester is hydrofoob (houdt niet van water) en zal geen water vasthouden. Nylon is hydrofiel (houdt van water) en zal water absorberen. Nylon gaat dus meer water opnemen dan polyester.

Een combinatie van eigenschappen die water opnemen, transporteren en afstoten zorgen voor een goeie vochtregulatie. Je kan dan ook niet stellen dat nylon of polyester beter is, gezien je zowel zweet wilt opnemen om daarna af te stoten, en je bescherming wilt tegen de regen, én een sneldrogende jas zoekt.

Elastaan, of spandex of lycra, is een polyurethaan (PU) met rubber meegeweven in de stof om het zijn elastische eigenschap te geven.

PTFE, of polytetrafluoretheen, is een polymeer dat hydrofoob (houdt niet van water) is, en vooral bekend is onder de merknaam Teflon. PTFE met microporiën ligt aan de basis van Gore-Tex.

Materiaal

Jack Wolfskin maakt gebruik van een 100% polyester shell met membraan, waardoor we kunnen spreken van een regenjas ware het niet dat het ademend vermogen net ietsje hoger ligt, en Arc’teryx maakt gebruik van robuste 100% middelzware polyester die ze zelf hardfleece noemen.

Vaude en Häglofs maken gebruik van een ongeveer 90 % nylon en 10% elastaan, en behoren tot de dunste softshells met de meeste stretch.

Patagonia en Marmot gaan voor ongeveer 90% polyester en 10% elastaan, wat net ietsje warmer en dikker aanvoelt dan hun nylon tegenhangers. Mountain Hardwear gebruikt Polartec Powerstretch fleece met 88% polyester en 12% elastaan en is duidelijk meer een zeer technische fleece dan een klassieke softshell. Mammut gebruikt 91% polyester en 9% Gore Windstopper (PTFE membraan) wat het volledig winddicht maakt.

The North Face gaat voor een geweven mix van 73% nylon, 17% polyester en 10% elastaan – polyester aan de binnenkant zodat vocht snel getransporteerd kan worden, en nylon aan de buitenkant om vocht naar buiten te trekken. Rab gebruikt een combinatie van 90% polyester en 10% elastaan voor de jas, met 45% polyester, 47% nylon en 8% elastaan op strategische plaatsen, wat het geheel bombproof en zwaarder maakt.
.
Eerste indruk

We bespreken iedere softshell na uitgebreide analyse en uitvoerig testen, individueel in een apart artikel, maar we willen hier alvast onze eerste indrukken meegeven, toen we de softshells voor het eerst in onze handen kregen.

Jack Wolfskin: Licht en sportief, met mooie snit. Voelt een beetje als een regenjas.
Mountain Hardwear: fleece met prachtige ultrasportieve snit en balaclava capuchon.
The North Face: Ultrasportief, aangename stof, zeer stretch, licht, technisch.
Vaude: Licht en zeer stretch, met zeer goede, speciale capuchon.
Patagonia: Stevig, duurzaam, voelt medium warm aan en iets dikker dan de lichtgewichtjes.
Häglofs: Licht, leuke stretch, sportief maar toch comfortabel, lekker fris, eenvoudig.
Mammut: Stevig, waterdicht, robuust, extra ritsen van de heup tot voorbij de oksels.
Arc’teryx: Sterk, stevig, stug, warm, clean design, groot volume.
Rab: heeft bijna een katoen aanvoelende buitenkant. Bijzondere constructie. Goeie stretch.
Marmot: Zacht en comfortabel. Voelt warm aan, en stretcht enorm. Ruime snit.

Pasvorm en stretch

The North Face, Häglofs, Vaude, Jack Wolfskin en Mountain Hardwear gaan allemaal voor een uitgesproken atletische snit die zorgt voor een perfecte fit met een slank figuur. Hier is geen ruimte voor overgewicht.

Mammut, Rab en Patagonia zitten in het comfortabele middensegment met wat extra stof.

Arc’teryx en Marmot zijn wat ruimer bemeten. Marmot is gewoon een volledige maat te groot (een medium was perfect geweest in plaats van een large), en Arc’teryx zit vrij ruim maar de snit is dan wel goed.

Membranen stretchen niet, dus Jack Wolfskin en Mammut hebben nagenoeg geen stretch. Arc’teryx biedt met zijn stugge stof ook weinig stretch, maar de snit maakt veel goed.

Dan volgt Patagonia wat net iets minder stretch dan de overige softshells, hoewel het ook 9% elastaan bevat. Mountain Hardwearstretcht uitstekend dankzij zijn zijpanelen, maar de fleece zelf stretch gewoon.

Rab en The North Face stretchen goed. Häglofs en Vaude stretchen uitstekend. En Marmot stretcht waanzinnig goed.

Ieder merk heeft zijn eigen pasvorm, en zo zal borstomtrek, lengte van de armen en mouw omtrek sterk varieren. In deze tabel lijsten we even de pasvorm op.

The North Face heeft de meest uitgesproken technische fit van alle softshells met vrij korte mouwen. Mountain Hardwear heeft net zo’n technische extreme look maar hier zijn de mouwen iets langer zodat er plaats is voor duimholtes. Vaude’s mouwen zijn net goed, zonder te lang te zijn met goeie stretch in de lengte van de mouw. Häglofs zit netjes strak rond het lichaam terwijl het ruimere mouwen heeft zowel qua lengte als omtrek. Ze zaten wel lekker. Patagonia hadden we bewust in medium genomen omdat we weten dat we vaak tussen een medium en large vallen. Voor gespierde, geblokte types zal dit de perfecte pasvorm zijn. Mammut zit netjes rond het lichaam, met goeie, aangename mouwen qua lengte. De mouwen zijn wel extreem wijd. Rab heeft een goeie pasvorm, vrij normaal maar met extreem lange mouwen – wat uiteindelijk een voordeel kan zijn bij het naar boven grijpen, zonder dat je polsen bloot komen te liggen. Arc’teryx zit lekker zonder strak te zijn, met normale lengte, mooi afgewerkte mouwen zonder echt lang te zijn.Marmot hoewel “maar” een L komt ruim qua borst en omtrek van de mouwen. De lengte van de mouwen zijn extreem lang en waanzinnig stretchy. Wellicht had de Marmot net zoals de Patagonia in M gemogen.

Voering

Mountain Hardwear gebruikt Polartec Powerstretch en voelt dus als fleece aan, aan de binnenkant. Net zoals de Arc’teryx die een dun laagje fleece aan de binnenkant heeft. Mammut bestaat binnenin uit die typische lichte Gore-Tex stof met gaatjes, die voor een aangenamer binnengevoel moet zorgen, en het membraan wat beschermt. Jack Wolfskin heeft geen voering en ziet er uit als een regenjas binnenin.

De overige softshells hebben een grid structuur van binnen. Van fijn naar groter: Vaude, The North Face, Häglofs, Patagonia, Marmot en Rab.

Naar gevoel toe is Vaude het lichtst qua stof, dan The North Face, en dan Häglofs. Let wel, licht betekent hier niet fragiel, maar wel geschikt voor in de warmere seizoenen, of geschikt voor sterk aerobe activiteiten. De fleece varianten zijn het warmst. Zeker de Mountain Hardwear biedt veel warmte voor zijn lichte gewicht.

Accessoires

Alle softshells hebben ofwel duimgaten of velcro, behalve The North Face die met hun strakke softshell gewoon eindigen op een elastische mouw. Arc’teryx past een stukje elastaan in op een asymmetrische manier.

Alle softshells hebben twee standaard zakken vooraan. Jack Wolfskinheeft daarenboven twee napoleonzakken én een mouwzak. Arc’teryxheeft zijn signature mouwzak maar verder geen extra zakken. Häglofsheeft enkel de twee standaard zakken en verder niets. Marmot heeft een napoleonzak en een binnenzak. Mammut heeft een binnenzak. Al de andere hebben een napoleonzak bovenop de twee standaardzakken.

De helft van de softshells heeft een two-way zip die zowel van boven als van onder open kan. Mammut en Mountain Hardwear hebben geen aantrekkoord; Mammut omdat ze ventilatieritsen hebben vanop de heupen tot voorbij de oksels op die plaats, en Mountain Hardwear omdat het geheel al zeer stretchy en strak is, en het hier toch voornamelijk om een fleece gaat. Bij The North Face en Vaude kan je het koord aantrekken via de zakken. Bij Arc’teryx kan je dat ook, en meteen ook via de borstzakken de capuchon aantrekken, mooi detail. Bij de overige softshells is de aantrekkoort klassiek verwerkt in de zoom.

Iedere softshell wordt verder individueel gereviewed