Begin 2009 testten we reeds de Crewneck 200 van Woolpower. Woolpower, voordien Ullfrotté, is een no-nonsense Zweeds merk dat gespecialiseerd is in thermische kleding. Nu komen we regelmatig nieuwe en niet zo nieuwe producten tegen, en een zeldzame keer zijn we echt zéér enthousiast. Dat was het geval met de Crewneck 200. De Crewneck zag er op het eerste zicht vreemd uit. Precies een groot shirt dat leek alsof het uit de periode stamt waar dienstplicht nog euch… verplicht was. Terwijl we net hyper technische hoogstandjes gewend waren geworden qua basislaag. Surely this can’t beat hightech? Boy were we wrong…
Na het Crewneck shirt aangetrokken te hebben moesten we al toegeven dat het echt wel super aangenaam was. We waren veel gewend, maar dit was gewoon zachter en gezelliger. Ok, dus het is zacht. Fijn. Toen we buiten kwamen merkten we dat het ook warm was. Zeer warm zelf. Ok, indruk bijstellen: het is zacht en warm. Maar zo’n shirt kan je toch onmogelijk droog houden? Als je het vergelijkt met alle hoogtechnologische flinterdunne producten op de markt? And again… we were wrong. Nooit het gevoel gehad dat het shirt nat was. Altijd een droog gevoel na het afnemen van de rugzak – terwijl de rug wel degelijk nat was, alleen voelde je het niet. En het drogen in de wind was een kwestie van minuten. Dit vreemde shirt was zacht, warm en droog, en werd meteen het favoriete item van de voorbije winter.
Terug naar nu. Of we geïnteresseerd waren om de 400 versie te testen? 400 als in dubbel zo dik als de 200? Eerlijk gezegd konden we ons moeilijk voorstellen hoe warm een Woolpower 400 moet zijn… we gebruikten nu al de 200 als een sweater omdat het zo lekker warm was. De Woolpower Full Zip Jacket 400 is inderdaad twee maal zo dik als de Crewneck. De 400 slaat op 400 gr/m². Een wel zéér warme tussenlaag samengesteld uit 69% Merino wol, 29 % Polyamide en 2% Elastane. Ter vergelijking: de Crewneck bestaat uit 60% Merino wol. Dubbel zo dik en nog net ietsje meer Merino wol – en tussen haakjes: Merino wol is de fijnste wol die er is en van nature waterafstotend. Het geheel is ook iets dichter geweven dan de 200 versie.
De Jacket is een merinowollen trui met een volledige rits, een dubbel dikke kraag (dus eigenlijk 800) en thumbhole gaten voor de duimen op de manchetten van de mouwen. De achterkant is extra lang zodat er geen kou binnen kan als je je voorover buigt.
Ik test de Woolpower 400 in de Hoge Venen. Eerste sneeuw wordt voorspeld. Uitstekend. Als basislaag gebruik ik de Crewneck 200, daarboven komt de Jacket 400. En daarbij laat ik het. Ok nog een muts en dat is het zo’n beetje qua warmte voor mijn core. -3°C, smeltende sneeuw en we volgen de Trôs Maréts stroomopwaarts richting Setay. Modder. Veel modder. En het vriest nog niet lang genoeg om de ondergrond wat harder te maken. Tussen de bomen is er matige wind. Ik voel de wind niet door de jacket komen. Ondertussen wisselt het weer af: smeltende sneeuw wordt sneeuw wordt hagel. Eénmaal in het open veen neemt de wind fel toe. In de striemende wind krijgen we regelmatig een scheut harde verijsde sneeuw over ons heen. Nu voel je de wind wel doorheen de jacket – uiteraard is het niet winddicht, daarvoor dienen hardshells, maar het is toch winddichter dan je klassieke fleece.
Ik laat de Jacket 400 bewust nat worden. Het sneeuwt en waait harder. Maar ik heb het lekker warm. Gewoon comfortabel warm. En droog. De dubbeldikke kraag doet uitstekend werk, hij spant goed rond je hals en houdt de koudestroom buiten. Een sjaal is niet nodig. Handschoenen zijn evenmin nodig, de uitsparingen voor de duimen in de manchetten spannen de mouwen mooi strak op en de extra grote manchetten houden de handen warm tot aan de vingers. De lange achterkant – die net ietsje minder lang is dan de Crewneck 200 zodat het allemaal mooi gelaagd de broek in kan – blijft lekker zitten en zorgt ook hier dat er geen koudestroom binnen kan.
Ondertussen is het wel echt slecht weer geworden. Het ging droog en koud worden, met kans op zonneschijn, maar het is winderig met natte sneeuw en koud geworden in de plaats. Ik voel aan mijn mouwen en schrik. Die zijn nu echt wel nat geworden van de sneeuw. De rest van het jacket is even nat. Binnenin voelt het niet nat aan, droog gewoon, en warm. Maar je gaat toch niet kletsnat in zo’n weer buiten blijven lopen zonder regenjas aan? Dus haal ik mijn regenjas-met-membraan uit de rugzak en trek ik die boven de Woolpower 400 aan. Nu ga ik het voelen natuurlijk, al dat vocht in het Woolpower jacket, lekker mooi ingesloten in het membraan van de regenjas… dat wordt dus oncomfortabel. Maar beter dan me helemaal nat te laten regenen, niet? Wel… ik had het mis. Na een uurtje, anderhalf uurtje stappen met regelmatig nog een “sneeuwstorm” klaart het even op. De regenjas gaat uit. De Woolpower 400 is droog. Zowel binnen als buiten. Ik ben onder de indruk.
Ik ken natuurlijk de theorie wel: wol blijft warm zelfs wanneer het nat is, zeker Merino. Maar om het in de praktijk zo te ervaren. Indrukwekkend. Nu heeft dit droog-gevoel-terwijl-eigenlijk-nat ook te maken met het feit hoe het materiaal opgebouwd is: de volledige binnenkant bestaat uit lusjes van enkele millimeters – de zogenaamde Terry Loops – waardoor veel lucht vastgehouden kan worden rond het lichaam. Wanneer wol vocht opneemt vertragen de water moleculen wanneer ze de vezel binnen dringen. Dit vertragen geeft energie af – en energie betekent warmte. Omdat wol tot 30% van zijn eigen gewicht kan opnemen in vocht kan het heel veel van die energie afgeven. Daarom voelt het warm aan, terwijl de Terry Loops zorgen voor een droog microklimaatje rond de huid. Nuja, dit materiaal, Ullfrotté Original genaamd, werd ontwikkeld door Woolpower in Östersund in de jaren 70 in samenwerken met het Zweedse leger, wetenschappers, dokters en survival experts. Het onderzoek mocht blijkbaar wat kosten en de resultaten zijn navenant. De dikte van de Ullfrotté Original Merino is 22 micron. Dit is 22 duizendste van een millimeter. Fijne Merino wol gaat van 17 tot 23 micron, vanaf 27 micron zijn de vezels wat ruwer en kunnen sommige mensen jeuk ervaren. Met 22 micron bij Woolpower is er een goed evenwicht tussen sterkte en zachtheid. Einde van de les.
De dagen nadien werd het alleen maar kouder en gelukkig ook droger. Zalig koud weer waar je je lekker op kan kleden. De Woolpower Full Zip Jacket 400 bleef presteren: gewoon héél comfortabel om te dragen, altijd warm zelfs al is het kledingstuk nat en geen natte-rugzak-gevoel. Daarbovenop is de zwarte Jacket – er is ook nog groen, grijs en blauw – best wel “casual trendy” en kan je achteraf Monschau binnen stappen zonder er vreemd aangekeken te worden; for all they know draag je een zwarte wollen pull.
Kijk… zoals we in het begin van dit artikel al schreven: we testen veel materiaal. Maar nu en dan kom je echt iets ongelooflijks tegen. Iets dat er met kop en schouder bovenuit steekt. En ergens wil je een zekere objectiviteit en neutraliteit bewaren als auteur… maar… dan hadden ze het maar niet zo goed moeten maken. Woolpower werkt gewoon uitstekend – die Zweden weten wat kou is – en we mogen blij zijn dat het nu ook in België verkrijgbaar is… na bijna 40 jaar. Voor Kerst vraag ik alvast de muts en wanten!
P.S. Omdat Woolpower relatief nieuw is op de Belgische markt kijk je best eens op Hike-A-Way waar je Woolpower kan vinden.